Bekentenissen van evolutionisten

Waarschijnlijkheidsberekeningen maken duidelijk, dat complexe moleculen als proteïnen en nucleïnezuren (RNA en DNA) nooit onafhankelijk van elkaar door toeval gevormd kunnen worden. Maar evolutionisten hebben een groter probleem op te lossen, al deze complexe moleculen zouden tegelijkertijd hebben moeten bestaan om het leven tot stand te brengen. De evolutietheorie is volledig door deze eis van de kaart geveegd. Dit is het punt waarop leidende evolutionisten tot een bekentenis zijn gekomen. Bijvoorbeeld de direkte collega van Stanley Miller en Francis Crick van de Universiteit van San Diego, California, een bekend evolutionist, Dr. Leslie Orgel, zegt:

Het is hoogst onwaarschijnlijk, dat proteïnen en nucleïnezuren, die beide een ingewikkelde structuur hebben, spontaan tegelijkertijd op dezelfde plaats verschenen. Maar het is ook onmogelijk om het één zonder het andere te hebben. En zo zou men op het eerste gezicht zeggen dat het leven eigenlijk nooit door chemische methoden tot stand zou kunnen zijn gekomen. (Leslie E. Orgel, “The origin of life on Earth”, Scientific American, vol. 271, October 1994, p. 78.)

Hetzelfde feit wordt ook door andere wetenschappers toegegeven:

DNA kan zijn werk niet doen, en ook geen ander DNA vormen, zonder de hulp van katalytische proteïnen of enzymen. Kortom, proteïnen kan niet zonder DNA en DNA kunnen niet zonder proteïnen.(John Horgan: “In the beginning,”Scientific American, vol 264, February 1991, p. 119)

Hoe kon de genetische code, tezamen met de manieren om het te vertalen (ribosomen en RNA moleculen) ontstaan? Op dit moment moeten we onszelf tevreden stellen met een gevoel van verbazing en ontzag, in plaats van een antwoord te geven. (Douglas r. Hofstadter, Gödel, Escher, Bach: An eternal golden braid, New York, Vintage Books, 1980, p. 548)

De wetenschappelijke correspondent van de New York Times, Nicholas Wade, geeft dit commentaar in zijn artikel uit 2000:

“Alles over de oorsprong van het leven op aarde is een mysterie en het lijkt wel hoe meer we weten des te accuter de puzzel wordt. (Nicholar Wade, “The life origins get murkier and Messier”, The New York Times, 13 juni, 2000. pp. D1-D2.)